Omdat we zoveel feestjes hadden in de klas
stonden we stil bij dingen die bij een feest horen!
Pakjes:
we dansten tussen de pakjes door
en tekenden deze dans dan ook op papier.
Zo'n activiteit noemen we schrijfdans.
Verjaardagstaart:
we versierden een reuzetaart met verschillende vormen:
vormen in verschillende kleuren, in verschillende groottes en verschillende diktes.
Door met de dobbelstenen te gooien en deze 4 eigenschappen te combineren,
wisten we welk blokje we moesten zoeken,
bv. een grote rode dikke driehoek.
Nog meer taarten:
als echte bakkers werd plasticine gekneed en in vorm gebracht,
met kaarsjes erbovenop....
Een kroon:
Niet alle kronen zijn gelijk. Kan je precies dezelfde vinden?
Een aperitiefje drinken:
We vergelijken de inhoud van verschillende flesjes.
Welke is bijna leeg? Welke is halfvol?
Leuk om flesjes en bekers te vullen. Zo gebruiken we ook de inhoudsbegrippen:
bijna leeg/bijna vol, halfvol, boordevol.
Nog meer taart:
Op de lichttafel tekenden we een taart door.
Slingers, vlaggen en ballonnen:
We kiezen 2, 3 of 4 verschillende kleuren
en kleuren zo de slingers, vlaggen en ballonnen in een patroon.
Ballonnen en kaarsjes:
Op het krijtbord tekenden we nog meer ballonnen
en brandende kaarsjes op de taart.
Muziek:
Bij een feest hoort muziek.
Dansen mag niet ontbreken!
Zing en dans mee!
Fijn weekend!
🎵