Ga je mee naar buiten, buiten, buiten?
Ga je mee naar buiten? De winter is voorbij.
Hoor de vogels fluiten, fluiten, fluiten.
Hoor de vogels fluiten, een lentelied voor mij.
Zie je daar die eendjes, eendjes, eendjes?
Zie je daar die eendjes in een lange rij?
Kijk, die rode teentjes, teentjes, teentjes.
Kijk, die rode teentjes, ze piepten uit het ei.
Kijk eens naar die koeien, koeien, koeien.
Kijk eens naar die koeien in de boerderij.
Hoor eens hoe die loeien, loeien, loeien.
Hoor eens hoe die loeien, dit kalfje is van mij.
Ga je mee naar buiten, buiten, buiten?
Ga je mee naar buiten? De winter is voorbij.
Hoor de vogels fluiten, fluiten, fluiten.
Hoor de vogels fluiten, een lentelied voor mij.